Een nieuw begin klinkt vaak als een frisse start – helder, opgeruimd en vol mogelijkheden. Maar wat voorafgaat aan dat nieuwe begin is minder glanzend. Het is die ongrijpbare tussentijd. Die fase waarin je niet meer bent waar je was, maar ook nog niet weet waar je naartoe gaat. Onzeker, rommelig en vaak pijnlijk eerlijk.

Deze tussentijd – de liminale fase, zoals antropologen het noemen – is een overgangsgebied. Het oude is nog niet helemaal losgelaten, het nieuwe nog niet volledig zichtbaar. En juist dat niemandsland doet iets met je. Je voelt je stuurloos, uit balans, misschien zelfs verloren. Maar deze verwarring is niet voor niets.

Traagheid als kracht

We leven in een cultuur waarin doorgaan, presteren en vooruitgang centraal staan. Stilstand voelt als falen. Maar volgens psychotherapeut Francis Weller gebeurt er juist in tijden van stilstand en achteruitgang veel op een dieper niveau. Het is de fase waarin oude overtuigingen kunnen afbrokkelen, emoties bovenkomen, en ruimte ontstaat voor iets nieuws – als je die ruimte durft te nemen.

Rituelen en ruimte

Wat helpt in die tussentijd? Niet zoveel denken, maar voelen. Expressie zoeken in schrijven, dansen, schilderen. Rituelen om symbolisch afscheid te nemen van het oude. En stilte. Niet om het snel te overbruggen, maar om echt aanwezig te zijn in die ruimte tussen twee werelden.

Zoals Jitske Kramer het verwoordt: “Rituelen geven ritme, houvast, steun en zekerheid. Ze herordenen de werkelijkheid.” We zijn dat kwijtgeraakt in onze haastcultuur. Maar juist nu is het nodig om bewust stil te staan, om met aandacht over te stappen naar het volgende hoofdstuk.

Een veld in de mist

De tussentijd voelt als wandelen door een veld in de mist. Je weet dat er een pad is, maar je ziet het nog niet helder. Soms vang je een glimp op van een richting, een gevoel, een herinnering aan wat je graag zou willen. Maar meestal is het stil, zacht, en grijs. En dat is oké.

Want terwijl je vertraagt en je ogen wennen aan het wazige landschap, merk je dat er onder de mist al iets aan het groeien is. Het vraagt moed om in dat mistige veld te blijven. Om niet te gaan rennen, zoeken, oplossen. Maar gewoon te zijn. Te wachten. Totdat de mist optrekt en wat dan zichtbaar wordt, is misschien wel precies wat jij op dat moment nodig hebt.

Dus als je zelf in zo’n fase zit – in de overgang, in de wachtstand, tussen oud en nieuw – weet dan: je hoeft niet meteen te weten waar je naartoe gaat. Wees waar je bent. De tussentijd is geen tussenstop. Het is de plek waar transformatie begint.

> SPRING-traject, bekijk meer